Het leek er even op alsof de Formule E misschien echt de dominante raceklasse ging worden in de toekomst. Maar is dat nog steeds zo?

We weten het allemaal. Dinosap mag eigenlijk niet meer. ’s Werelds overheden vallen over elkaar heen om een punt op de horizon te zetten waarbij er letterlijk geen auto’s met verbrandingsmotor meer geleverd mogen worden. Pijnlijk nieuws voor de puristen onder ons die geen aandelen Tesla in de portefeuille hebben. Aanvankelijk zullen we weliswaar nog door kunnen kachelen met oud staal, maar hoe lang? En hoe moet het met het racen in het weekend?

Als het aan Alejandro Agag ligt, luidt het antwoord op de laatste vraag ‘Formule E’. Deze elektrische raceklasse start dit jaar met het zevende seizoen. Wij waren er zelf vroeg bij om de klasse, aanvankelijk weggehoond door de trage auto’s die bovendien een verse accu nodig hadden tijdens races, te bombarderen tot potentiële bedreiging voor de F1.

En eventjes, toen de ene na de andere fabrikant zich aansloot bij het F1 veld en de F1 zelf moeite had tot een nieuwe Concorde Agreement te komen, leek zo’n coupe niet eens meer zo heel ver weg. Maar inmiddels zijn de kaarten alweer helemaal anders geschud. Een aantal belangrijke fabrikanten hebben de sport inmiddels ook weer gedag gezegd. En misschien gaan er meer volgen, zo denkt althans ons aller Robin Frijns.